0°C

Van boekbindersstraat naar Zuiderzeemuseum

Dit is een van de huisjes uit Enkhuizen, die zijn verhuisd naar het Zuiderzeemuseum. Fred Boon heeft er als buurjongen herinneringen aan en Fred Kok was als jonge metselaar een scheur in de muur aan het repareren, toen hij een bijzondere ontdekking deed.

Tussen twee havens

Dit woonhuis stond tot 1978 aan de Boekbindersstraat, gelegen tussen de Zuider-Havendijk en de Breedstraat in Enkhuizen. Samen met het Hennegat vormt de Boekbindersstraat een doorgangsroute van de Havendijk, de oudste haven van Enkhuizen, gegraven in 1361, naar de Oosterhaven, aangelegd in 1567. Bij de naam Boekbindersstraat kan je je voorstellen dat er vroeger misschien diverse boekbinders op die plek gevestigd waren maar wat ik mij bij Hennegat moet voorstellen? Misschien een stel kippenfokkers, maar dat zal wel te simpel gedacht zijn.

Maar nu over het huisje. Het is van oorsprong een zeer oud woonhuis met bouwsporen van het begin van de zestiende eeuw. Dus uit tijd van de aanleg van de Oosterhaven. Het pand was de laatste van een rij van twee of drie woningen waarvan het zestiende-eeuwse voorhuis nog rond 1860 aan de Zuider-havendijk stond. Dit is te zien op de potloodschets van C. Springer in ZZM en identieke aquarel in Noord-Hollands Archief Haarlem. De woning grensde met het erf aan de woningen Breedstraat 86 en 88, die beide ook op het ZZM zijn herbouwd.

Een boze buurman

En dan over de laatste bewoner. Dat was de heer Karel Zwier. Een beetje een zonderlinge alleenstaande man. Hij was in het bezit van een jachtvergunning en slachtte zijn jachtbuit zelf op zijn erf. Hij deed dit ook voor andere jagers, die hun geschoten fazanten en hazen aan de deurknop van zijn voordeur achterlieten. Vooral de kinderen in de buurt griezelden van deze activiteiten.

Het was überhaupt geen kindervriend. Fred Boon kon mij dat uit de eerste hand vertellen, want hij woonde met zijn familie recht tegenover Karel  Zwier. De jongens voetbalden uiteraard in de Boekbinderstraat – dat was in de vijftiger en zestiger jaren nog mogelijk – en het werd spannend als de bal op het erf van buurman Zwier belandde. Fred zei: “met gevaar voor eigen leven probeerde je dan de bal te redden.” Ik vroeg: “Schoot hij dan met hagel op jullie?” Gelukkig zo erg was het nou ook weer niet maar als buurman Zwier de kans kreeg, dan stak hij de bal met een mes lek. En dat is natuurlijk ook heel vervelend, in de jaren zestig was een voetbal nog een kostbaar bezit.

Een geheime schat

Karel Zwier had blijkbaar weinig vertrouwen in banken. Een vooruit-ziende blik misschien? In de eerste helft van de jaren zestig, was er een grote scheur in de muur van zijn huisje ontstaan. Dit was werk voor een professionele metselaar. Fred Kok, toen een jaar of zeventien en in dienst bij aannemersbedrijf Van Doornik, ging aan de slag. Hij stuitte tijdens het metselen op een achter de muur verborgen geldkistje. Fred Boon, die natuurlijk net aan het voetballen was in de straat – hij deed niets liever –  heeft samen met Fred Kok de inhoud geïnspecteerd. De kist bleek goed gevuld met (geldige) bankbiljetten. Ook al was de verleiding misschien groot, deze jongens hebben het kistje met spaargeld weer compleet teruggezet en ingemetseld. De geheime schat van Karel Zwier bleef onaangetast. 

Bijna zestig jaar later zijn de beide Freds samen terug bij het huisje, nu op het Zuiderzeemuseum. Zie de foto’s. Ze hebben nog enige discussie over de plaats van de scheur. Volgens de één kan je nog zien waar hij liep maar de ander, de metselaar, vindt van niet. Hij heeft het toentertijd natuurlijk onzichtbaar mooi dicht gemetseld!

Geschreven door Corry Blok-Plas

Wees sociaal, deel lokaal!

Facebook
Twitter
LinkedIn
WhatsApp

Voor meer informatie, bezoek onze Facebook pagina!

Heeft u ook een mooi verhaal?

Tip onze journalisten!

Wij vertellen graag uw verhaal. Stuur uw artikel met goede kwaliteit beeldmateriaal op naar: redactie@mediain.nl